Ps 8:1,3,4,6 Votum en Groet Gebed Wet DNPs 139:1,3 (HEER, U doorgrondt mij, U ontwart) Vertelling (Bange Barend) ELB 445 Ik zag een kuikentje dat bij zn moeder zat Bijbellezing 1Pe2:1-10 Preek - Jes 66:10-13 - Hebr 5:12-14 Opw 520:1,2,5 (Wees mijn verlangen) Gebed Collecte Opw 770 Ik zal er zijn Zegen en Danish Amen

Geliefde gemeente van onze Heer Jezus Christus,

Er zit iets heel intiems in.
Als je als vrouw je kind de borst geeft,
heel fysiek voeding geeft. Dat kleintje drinkt uit jou;
jij voedt het met wie jij bent. Je geeft een stukje van jezelf.
Met daarin de bouwstoffen, het materiaal waaruit je wordt gemaakt.
Maar ook de energie, om te groeien. En dan ook nog afweer.
Want die kleine heeft niet zo’n sterk immuunsysteem,
is nog niet zo weerbaar.
Extra bescherming komt met de moedermelk mee.
En je voedt zelfs de huidhonger, die moeder en kind beide hebben,
de behoefte aan contact en aanraking.

Petrus is heel positief over moedermelk.
En gebruikt dat als beeld tussen God en jou:
“verlang als pasgeboren zuigelingen naar de zuivere melk van het woord.”
God wil dat je zo naar de bijbel kijkt, naar het woord.
De bijbel is de plek waar jij en God intiem contact hebben.
Waar je wordt gevoed met wie hij is. Waar hij zichzelf aan je geeft.
Waar we hem indrinken en binnen krijgen.
Je krijgt er bouwstoffen uit, om te groeien, geloofsenergie.
En zoals moedermelk zit vol met afweerstoffen,
waar je immuunsysteem sterk wordt,
zo maakt ook de bijbel je weerbaar.
En het voedt de huidhonger, de behoefte aan contact.
In het Woord van God, raken we God zelf aan, en hij jou.


Er zit iets puurs in. Iets van afhankelijkheid.
En het vraagt van jou en mij om te worden als een kind.
De woorden van God naar binnen drinken, afhankelijk en troost.
Dit beeld is niet nieuw in de bijbel.
Ook de profeet Jesaja gebruikt dat.
En daar vergelijkt hij God met een zorgzame moeder.
Ik lees een klein stukje uit Jesaja 66: Jes.66:10–13
“Laat allen die Jeruzalem liefhebben zich met haar verheugen
en juichen om haar, laat allen die om haar treuren nu samen met haar jubelen.
Aan haar vertroostende moederborst zullen jullie drinken en verzadigd worden,
haar rijke, volle borsten zullen je zogen en verkwikken.
Want dit zegt de HEER: Ik laat de vrede als een rivier naar haar toe stromen,
de rijkdom van alle volken als een overlopende beek,
en jullie zullen ervan drinken.
Je zult op de heup gedragen worden en worden gewiegd op haar schoot.
Zoals een moeder haar zoon troost, zo zal ik jullie troosten;
in Jeruzalem zul je troost vinden.”

Prachtige profetie. God als moeder. Een big momma,
bij wie je op schoot kan kruipen, gedragen, gewiegd,
waar je vrede en sabbelend troost vind…


Toch is er wel een keerzijde.
Want je kan ook wel heel erg aanhankelijk worden.
Het woord zuigeling klinkt lief,
maar een uitzuiger, zuigt je helemaal leeg,
dat is meer een parasiet, een profiteur.
En als je dat te negatief vind,
op z’n minst is dat toch wel heel erg afhankelijk.
Van kinderen wil je toch niet dat ze hun hele leven zo blijven?
Er komt een moment dat op schoot kruipen voorbij is,
dat je niet meer de borst krijgt of gevoerd word,
dat je niet meer gedragen wordt, maar op eigen benen moet staan.
Dat is het verhaal van Bange Barend,
die gewoon een trap onder z’n kont nodig had.
Om er achter te komen dat God er ook dan, heus wel bij is,
als je vallend leert lopen, of fietsen, of vliegen, of wat dan ook.
Maar je moet wel blijven leren…

Petrus was dus super positief over dat beeld van moedermelk.
En Jesaja ook.
Maar niet altijd is de bijbel positief over moedermelk.
In Hebreeën bijvoorbeeld, is de schrijver teleurgesteld
in de mensen waar hij aan schrijft.
Hij ziet daar dat de groei achter blijft.
Ze hebben nog steeds die basale voeding nodig:
de licht–verteerbare kost, de instant–formule.
Terwijl ze allang zelf chef–kok hadden kunnen zijn.
Niet consumeren,
maar anderen juist bedienen met prachtige smaken.
Om mensen te laten ervaren hoe heerlijk het is,
om God tot je te nemen.
Ik lees een klein stukje uit Hebreeën 5.
Daar zegt hij: Hebr. 5:12–14
“Werkelijk, u had toch inmiddels allemaal leraar moeten zijn!
In plaats daarvan hebt u er zelf een nodig
om u opnieuw de grondslagen van het woord van God bij te brengen;
het is met u zo ver gekomen dat u weer aangewezen bent op melk
in plaats van op vast voedsel. Wie melk drinkt is nog een klein kind
en heeft geen weet van de draagwijdte van de verkondigde gerechtigheid.
Vast voedsel is voor volwassenen;
hun zintuigen zijn door ervaring geoefend
en zij zijn in staat onderscheid te maken tussen goed en kwaad.”

Een heel ander beeld dus, van moedermelk.
Als je dat nodig hebt, heb je nog niet echt een sterke maag.
Je kunt nog niet veel hebben.


Daar zit dus een spanning. Want we vinden het eigenlijk wel lekker
om alles in kant en klare brokken toegediend te krijgen.
En deze tijd waarin de meesten thuis kijken, lekker chill op je bank,
versterkt dat gevoel misschien ook wel.
Thuis is het nog makkelijker dan in een kerkzaal,
om weg te zappen als het je niet bevalt.
Of te zoeken waar het naar jou smaak is.

Nu geloof ik echt dat al die smaken er mogen zijn.
Als je alleen leeft op droge rijst, of volkoren korsten,
mag er wel wat meer smaak bij.
“U hebt toch ondervonden hoe goed de Heer is?”
En als je alleen leeft op de McDrive, ga je ook wat missen.
Ik geloof eigenlijk wel in variatie.Maar daar gaat het me nu niet om.

Juist doordat ons aanbod zo breed is,
vergeten we misschien dat je ook zelf kunt koken.
Dat je zelf moet kauwen.
Dat je niet alleen leeft van de licht–verteerbare makkelijke dingetjes.
Dat je niet alleen de zoete stukjes eruit kiest,
maar dat er in je geloof ook ruimte is om met God te delen
wat bitter is, of pittig en zuur.

Die moedermelk is natuurlijk mooi maatwerk,
Ik las bij een oude kerkvader dat hij daarover doordenkt.
Want van gewone melk kun je ook kaas en boter maken.
Niet om het verhaal op te kloppen, maar wel goed in roeren,
misschien ook even wegleggen om te rijpen,
en er dan weer bij terugkomen.
Kaas en Boter. Dat is wat zwaarder. Doen we dat?

Neem je ook de moeite om zelf je geloof te onderhouden?
Lees je zelf uit de bijbel?
Probeer je momenten te vinden om te bidden,
om stil te zijn, te zoeken wat God tegen jou zegt,
en wat jij tegen God zou willen zeggen?
Dat zijn de contactmomenten waar God naar verlangt,
waar de huidhonger wordt gestild.
Petrus zegt dat weer als kinderen moeten worden,
en weer op die manier naar God moeten verlangen.


Voor de duidelijkheid: Petrus gebruikt dit beeld dus niet,
om tegen je te zeggen dat altijd een baby moet blijven.
Hij zegt niet dat je altijd maar moet hangen en leunen op een ander.
Hij zegt: “verlang als pasgeboren zuigelingen naar de zuivere melk van het woord,
opdat u daardoor groeit en uw redding bereikt.”

Hij wil dat je ergens komt.
Dat je groeit. Dat je wat bereikt.

En het gekke is, dat doe je door totaal afhankelijk te zijn,
door je op te laten bouwen.
Maar vervolgens ook zelf in de beweging te komen.
Verderop komt Petrus met dat beeld van die stenen.
“laat u ook zelf als levende stenen gebruiken
voor de bouw van een geestelijke tempel.”

Kunnen mensen op je bouwen?

Misschien vind je deze vragen veel te veeleisend.
En als het nu niet voor jou is, dan hoeft dat ook niet.
De schrijver van Hebreeën is teleurgesteld in zijn hoorders,
maar dat zal ik tegen jullie nooit zo durven zeggen.
Maar het is wel eerlijk om onder ogen te zien
dat je soms geestelijk volwassener bent, dan een andere keer.
En het is goed om voor ogen te hebben,
dat dit wel het doel is om naar toe te werken.

Hoe komen we daar? Dat is wel door te kijken naar die baby,
die zo afhankelijk is van de moeder.
Zo primair en basaal als de neiging is om naar de borst te kruipen,
verlangen wij zo naar God?
Wat helpt jou nou, om dat verlangen te laten groeien?

Volgens mij, is dat door te kijken naar dat Kind van God.
Want als ook jij wil worden als een kind,
én wil groeien in het nemen van je eigen verantwoordelijkheid,
kijk dan vooral naar Jezus, dat Kind van God.
Hij ging niet aan God hangen, maar hing zelf.
Hij profiteerde niet, maar gaf zich aan profiteurs zoals jij en ik.
Hij nam niet alleen de makkelijke kost,
maar dronk ook wat bitter was en wrang.
En dat deed hij voor jou en voor mij.

Dit zijn de voedingsstoffen,
en de afweerstoffen voor jouw en mijn geloof.
Jezus deed dat voor jou en voor mij. Met liefde.
Zo voedt hij de huidhonger en wil hij je raken.
En kan Petrus zeggen: “wie daarop vertrouwt, komt niet bedrogen uit”

En als je dan gedronken hebt, wordt het boertje, het Amen.


online delen:

tag moederdag melk eten groei consumeren zelfstandig geestelijk functioneren

Meer preken uit 1 Petrus