Votum NLB 291b NLB Ps 136: 1, 3, 8, 12 (Loof de Heer want hij is goed) Gebed L: Hand 3:1-10 NLB Ps 136: 2, 13 L: Kol 3:12-4:4 T: Kol 3:17 (lees ik nog een keer) Preek Geloofsbelijdenis met: ELB 218 = GK 167 (Samen in de Naam van Jezus) Gebed Collecte NLB 981:1-5 (Zolang er mensen zijn op aarde = LvK) Zegen


Doe alles wat u zegt of doet in de naam van de Heer Jezus,
terwijl u God, de Vader, dankt door hem.


Geliefde gemeente van onze Heer Jezus Christus,

Alles wat je doet en zegt, in de naam van Jezus doen.
Ik denk dan heel snel aan nogal grootse dingen,
zoals Petrus en Johannes bijvoorbeeld tegen die verlamde zeggen:
In de naam van Jezus Christus van Nazaret, sta op en loop.
Ze zeggen dat in Jezus’ naam, dus: namens hem.
Ook al is Jezus naar de hemel,
je ziet dan in zijn leerlingen hoe hij toch aanwezig is.
Het is net alsof Jezus het zelf doet.
Dat is wat het betekent, iets in iemands naam doen, namens een ander.
Prachtig natuurlijk, zo’n genezing toen.
maar dat staat best ver van mij af; wat heb ik er aan?

Paulus heeft het over alles wat je zegt of doet.
Dat is dus eigenlijk alles.
Nouja, vul het maar in. Welke dingen doe ik allemaal?
Ga eens bij jezelf na wat we je allemaal doet.

– tijd –

En bedenk eens wat het betekent om dat in Jezus’ naam te doen.
Of wat er veranderd, als we dat zouden doen.

Morgenochtend smeer je in Jezus’ naam je brood.
Als je voor jezelf of je kinderen zorgt,
doe je dat niet alleen op eigen titel, maar namens God.
Geef dat broodtrommeltje maar mee, en denk er maar bij:
alsjeblieft, in Jezus’ naam.
Dat is hoe God voor jou zorgt.

Als je werkt, betaald of niet, draag je de naam van Jezus.
Je bent zijn visitekaartje in de wereld.
Het telefoongesprek wat je voert,
het klantcontact wat je hebt,
hoe je je opstelt naar collega’s
dat kun je allemaal in Jezus’ naam doen.
Jezus steekt zijn handen uit de mouwen,
Hij wil wat betekenen in de wereld, via jou.

En los van al het gewerk en ge-ren,
durf je ook te rusten in Jezus’ naam?
En dat geldt echt niet alleen voor ouderen met pensioen…
Paulus liet me ook denken over de vraag of het mogenlijk is,
om ziek te zijn in Jezus naam? Kunnen we lijden accepteren,
niet goedpraten, of negeren, maar wel accepteren,
het proberen te dragen als soms ondragelijke dwarsbalk,
en dan hopen dat er een Simon van Cyrene langs de weg staat,
mensen die mee–lijden, mee–dragen, ook in Jezus’ naam.
Samen achter de meester aan… Alles wat je zegt en doet dus.
Dat zijn dus echt niet alleen de lieve fijne dingen.
Voeg ook maar toe: als je teleurgesteld bent, of verdrietig;
Wees dat dan ook in Jezus’ naam.
Huil de tranen van God, om het onrecht in de wereld,
wat jou is aangedaan of een ander.
Om wat niet thuis hoort in Gods nieuwe wereld: ziekte, kwaad en dood.
En als je boos bent, heb dan maar heilige woede.
Alles wat je zegt, alles wat je doet.

En terwijl we zo aan het invullen zijn,
alles wat we doen, alles wie we zijn,
en daar de naam van Jezus aan verbinden,
dan gebeuren er volgens mij 2 dingen.

1) In de eerste plaats ontdek je dat niet alles bij Jezus past.
Je gaat op je werk niet een egoistische zak zijn,
die het team laat zitten. Dat kan niet namens Jezus.
Door alle dingen die je doet bij langs te lopen,
en te kijken of je ze in de naam van Jezus kan doen,
komen we op het spoor wat goed bij hem kleurt, en wat niet.

Als je verdriet hebt, of teleurgesteld,
dan ga je niet je steken onder water uitdelen,
je verlagen tot het nivo van een ander,
of als een gekwetst en gewond dier om je heen slaan.
Dat deed Jezus ook niet.
Niet alles kan in de naam van Jezus.
Hij doet alleen wat goed is.
Paulus’ oproep om alles wat je zegt en doet namens Jezus te doen,
helpt je om het goede te kiezen.

2) Maar er gebeurt ook nog iets anders.
Het hele leven wordt gekoppeld aan de wereld van God.
En het voelt een beetje gek misschien,
om de simpele dingen als wassen en tandenpoetsen,
in Jezus naam te doen.
Maar het laat me ook zien, dat voor God niets te banaal is.
Of dacht je dat Jezus dat allemaal niet deed, toen hij hier rondliep?
Als ik in Jezus naam onder de douche stap,
dan wordt dat haast een sacrament. Ik ben schoon.
En als ik dat bedenk wordt ik zo dankbaar.
Als ik mn vrouw of dochter een kus geef,
en bedenk dat ik dat ook in Jezus’ naam kan doen,
dan geef ik liefde door van God.
Volgens mij hebben we dat nodig vandaag.
Dat we merken en ervaren, dat mijn hele simpele gewone leventje,
gekoppeld wordt aan Gods nieuwe wereld.
Het helpt om te zien dat we al leven in het koninkrijk van God.
En opeens loopt hij met je mee.

En in alles wat jij zelf zegt of doet, zie je God aan het werk.
Het gebeurt namelijk namens Jezus.
Maar ook in alles wat er tegen jou gezegd word,
wat mensen voor jou doen, zie je God.
Ook dat wordt je in de naam van Jezus gegeven.
Dit is hoe het lichaam van Christus werkt:
Je geeft liefde en zorg namens hem,
Jij deelt een stukje genade voor de wereld uit, vanuit de hand van God.
En je ontvangt liefde en zorg van anderen, namens hem.

Dit is dé manier om dankbaarheid te leren.
Want Paulus zegt het een beetje tussen neus en lippen door,
bijvoorbeeld in vers 15:
Laat in uw hart de vrede van Christus heersen,
want daartoe bent u geroepen als de leden van één lichaam.
Wees ook dankbaar.

Maar nu we eventjes dat grote plaatje zien van het Lichaam.
(Jij een stukje van dat lichaam,
die iets doet voor een ander stukje van dat Lichaam.)
Het is zo bemoedigend om te weten dat God je inzet.
Dat je er toe doet.
Het geeft een ontzettende kracht.
Wow. Ik wordt gebruikt door God. Daar wordt je dankbaar van.
Als je een arm slaat om je vriendin. Als je een maat bemoedigd.
Een kop koffie, tijd, als teken van aandacht, van liefde.
Een luisterend oor, onder het genot van een biertje.
Dat doe je ook namens Jezus.

— Maar het is net zo bemoedigend dat om dat te ontvangen.
Je moet het wel willen zien, en soms verlangen we naar meer.
Vaker een arm om je heen, meer aandacht, liefde.
En als je het mist, huil de tranen van God,
om de steken die wij mensen laten vallen.
Maar ik geloof dat je in verdriet en gemis
nooit zal durven zeggen dat God niet voor je zorgt.
Bestaat het in het lichaam van Christus, dat hij je niemand stuurt?
Dat hij je laat vallen of vergeet?

Kijk nog eens naar de verlamde man.
Hij zit daar al zijn hele leven op een goede plek.
De plaats die hij kiest, drukt zijn afhankelijkheid uit.
Een open hand. Hij zoekt God op in de hoop dat Hij naar hem omziet.

Daar bij de tempel zit hij ook tactisch,
Want door al die mensen die een offer brengen, naar God gaan,
wordt dankbaarheid in klinkende munt uitbetaald.
Er gebeurt iets. Iets van onze blijdschap moet er uit,
zodat iemand anders er profijt van heeft.

Dus bij de tempelpoort zitten is een logische plek.
Hij zit daar op een plaats waar hij wacht op kruimels aandacht,
– Maar, zit hij daar echt goed?
Is Jezus daar niet 3 jaar lang straal aan hem voorbij gelopen?
Heeft hij het mis?
Bestaat het in het volk van God dat hij mensen laat vallen?
En heeft hij nu Jezus weg is zijn kans gemist?

Petrus helpt hem dan uit de droom: Geld heb ik niet
Petrus zegt ook dat in Jezus’ naam.
Ik geef niet wat je vraagt.
Dat moet je soms van God kunnen hebben; lastig als het is,
dat je wat anders krijgt, dan wat je denkt dat je nodig hebt…
Auch.

Maar Jezus laat je dan niet met lege handen achter.
Maar wat ik heb geef ik je:
In de naam van Jezus Christus van Nazaret, sta op en loop!

Jezus was al naar de hemel gegaan,
het lijkt voor ons soms alsof de kans voorbij is,
om goed te doen, liefde te geven,
de kans voorbij om liefde van een ander aan te nemen.
Nou hoeft het niet meer,
Maar wie iets zegt en doet in Jezus’ naam,
laat zien dat hij er altijd om goed te doen;
zo lang er mensen zijn op aarde.

Doe alles wat u zegt of doet in de naam van de Heer Jezus,
terwijl u God, de Vader, dankt door hem.

Als je alles zegt en doet in Jezus naam, zegt Paulus hier eigenlijk,
dan dank je God de Vader, door Hem.
Want het is Jezus in Petrus, die daar de tempelpoort langsloopt,
en zijn helpende hand uitsteekt. Hem op de been helpt.
Want het is Jezus in jou, die voedt en wast en verzorgt.
Het is Jezus in jou, vol van genade en goedheid.

Paulus helpt ons om zo te leven dat we God de Vader dankbaar zijn.
Dat is die klinkende munt, die past bij naar God toe gaan.
Geld heb ik niet, maar wat ik heb geef ik.
En vervolgens gaan zowel de gever als de ontvanger,
dankbaar de tempel binnen om God de Vader te danken. Door hem.

– Deze opmerking van Paulus staat vlak bij een aantal huisregels
Omgangsvormen voor slaven en meesters,
voor mannen en vrouwen, ouders en kinderen.
Zeg maar, in alle relaties leert Paulus om dat te spiegelen aan hoe God is.
Hij helpt zo werknemers en werkgevers,
voorgangers en volgens, en ja ook kritische en mondige gemeenteleden.
ouders en kinderen, mannen en vrouwen.
Hij helpt iedereen om alles in Jezus’ naam te doen.
Niet alleen in geven, ook in krijgen.

Kijk maar: God als Heer en meester van het Heelal
Paulus zegt tegen de werkgevers:
Geef je werknemers waar ze recht op hebben en wat redelijk is,
God doet dat ook; en met dankdag zeggen we dat toch ook?
Dat we hebben gekregen wat we nodig hadden.
Daar wordt je dankbaar van. Door Hem.

Maar juist die Heer werd een slaaf.
En hij kreeg waar weggelopen slaven als wij recht op hebben; de doodstraf.
en dan hoor de echo: geef waar ze recht op hebben en wat redelijk is.
Dat is Gods rechtvaardigheid aan het kruis. Jezus neemt dat aan.
Accepteert dat. Draagt die ondraagbare dwarsbalk voor mij.
Daar wordt ik dankbaar van. Door Hem.

Of kijk naar de relaties van ouders en kinderen.
Paulus geeft advies: Loop als ouder niet zo te mopperen, vit niet.
Als je zo graag wil dat ze leren en groeien,
maar de lat ligt te hoog, ja, dan worden kinderen moe.
Ouders voor wie het nooit goed genoeg is…
God is niet zo.
Hij is de Vader die niet vit.
Die geen onredelijke eisen aan je stelt,
maar die wel weet wat goed voor je is;
ook als ik dat als kind nog niet inzie, en dwars ben.
Maar God de vader is geduldig.
Wees op die manier ouder, en doe en zeg alles in Jezus naam.
Dan zul je God leren kennen, en wordt je kinderlijk dankbaar.
Door Hem.

En uitgerekend die God; juist hij werd een Kind.
De Zoon liet het zien, om Vader in alles te gehoorzamen.
Hij ontvangt het gezag van zijn vader,
moet leren wat gehoorzaamheid is,
moet leren slikken, wachten, incasseren
– laat deze beker aan me voorbij gaan –
en moet dan leren dat hij niet krijgt wat hij zou willen.
Wees als kind eens gehoorzaam in Jezus’ naam.
En je zult zien dat puberen niet de lijdensweg is
die je dacht dat het was.
En dan ontdek je iets van God, door Hem.

— Zijn we werknemer, dan ontvangen we dankbaar onze taak,
zoals we dat ook als dienstknechten van God doen.
Zijn we werkgever, dan nemen we onze verantwoordelijkheid,
in de zorg en sturing, die werknemers nodig hebben,
precies zo zorgt God ook voor de wereld.
Zijn we geliefde, dan ontvangen we dankbaar de genegenheid van de ander.
zoals de Bruid van God smelt van de liefde van Christus.
Zijn we de minnaar, dan geven we met liefde ons leven voor de ander.
Precies zo deed Jezus dat.
Zijn we kind, dan erkennen we leiding van onze ouders,
die zo goed en zo kwaad als het gaat, iets van God horen te laten zien.
Zo zijn we allemaal kind geweest,
en hebben we een begin van gehoorzaamheid geleerd.
Blind vertrouwen op papa die alles kan? Ha, ze moesten eens weten…
Gelukkig maakt onze Vader in de hemel dat waar.
En ben je ouder of verzorger van kinderen,
Dan voel je iets van Gods prachtige taak.
En smeer je brood in Jezus’ naam.


Alles wat je doet en zegt, in de naam van Jezus doen.
Ik denk dan heel snel aan nogal grootse dingen,
wonderen zoals bij Petrus en Johannes
Maar ik hoop dat je Jezus morgen ziet,
in een aai over de bol, in het huishouden weer gedaan is.
En als je voor iemand de deur openhoudt,
kijk dan in de spiegeling en zie dat Jezus daar is.
Daar wordt je dankbaar van.
Ook al is Hij naar de hemel,
je ziet in zijn leerlingen hoe hij toch aanwezig is.
Het is alsof Jezus het zelf doet.

Alles wat we doen, doe het in Jezus naam.
Zo komt onze blijdschap met God eruit.
Zo danken we God de vader, door het namens Hem te doen.
En spreek je woorden kinderlijk eenvoudig: in Jezus’ naam. Amen


online delen:

tag goed doen danken dankbaar dagelijks leven afhankelijkheid genezing

Meer preken uit Kolossenzen